Een bewogen dag op positief en negatief vlak. Ontbijt was pas om 8.30 u., dus kon ik niet zo vroeg vetrekken. Ik had niet te goed geslapen en zoals altijd ‘s morgens mijn blog van de dag ervoor even herlezen alvorens hem door te sturen. Ik was bezorgd om de druk op de banden van de fiets. Ik heb dat nooit zelf gedaan en iedere week heb ik wel iemand ontmoet die dat voor mij heeft gedaan. Het toeval stond deze morgen weer aan mijn kant. Ik ontmoette er Hans uit Amsterdam, 73 jaar. Jullie zagen hem al in mijn blog van gisteren. Hij werkte vroeger in de culturele sector en had veel samengewerkt met het STUK in Leuven.
Hij was met het vliegtuig, samen met de fiets, vertrokken naar Marrakesh en was van daaruit aan het terug fietsen. Hij was dus door een stuk van Marokko gefietst en dan met de boot naar Spanje. Over Cádiz en Sevilla was hij ook in Lerma beland, in dezelfde casa rural. Hij fietste nu verder door naar Burgos en dan naar Bilbao, waar hij had afgesproken met zijn vrouw. Een echte ervaren fietser, want hij doet al jaren dergelijke fietstochten met heel weinig bagage, maar wel met een tentje en een lichte opblaasbare matras. Hij verkiest te kamperen voor het contact met andere fietsers, maar in Lerma was geen camping of was die nog niet open. Toen ik hem het drukprobleem van mijn banden had voorgelegd, heeft hij dat prompt opgelost. Dank je Hans . De druk van mijn banden was opnieuw OK en wat mij betreft hoefde ik me niet meer druk te maken over de druk van mijn banden.
Tordomar: de Santa Cruz kerk (H. Kruis) (l), zicht op het stadje aan de Arlanza rivier, (m) en de zeer oude Romeinse mijlpaal waar een kruis werd opgezet
Hij vertrekt naar Burgos en ik ga naar Castrojeriz om de Camino Francés te vervoegen. Het eerste stuk was relatief vlak en bracht me door wijdse tarwevelden naar Tordomar, nog altijd langs de Arlanza rivier. Er staat een prachtige Santa Cruz (Heilig Kruiskerk): gotisch en renaissance, een mooie oude Romeinse brug en een Romeinse mijlpaal, want door dat stadje liep 2000 jaar geleden een heirbaan. Weer veel moois te zien in een mooi landschap. Terug de fiets op en verder kom ik voorbij de indrukwekkende kerk Nuestra Señora de la Ascunsion van Villahoz.
Ik wil nu toch eens weten waarom in al die kleine dorpjes zo een grote (dure) kerken staan in de vallei van de Arlanza rivier. De man die de kleine mercado in Villahoz openhoudt zegt me waar ik de sleutel van de kerk kan vinden. De sleutelhouder is niet thuis, maar zijn vrouw belooft dat ze hem onmiddellijk opbelt en dat hij binnen de 5 minuten aan de kerk zal staan. "Vertrek almaar naar de ingangsdeur aan de zuidkant van de kerk" zegt de lieve dame...En inderdaad Matthias verschijnt met twee grote sleutels. Hij opent graag de kerk. Hij is ook een gepensioneerde vrijwilliger en geeft me een super rondleiding van een half uur met alles erop en eraan. De buitenkant en binnenkant met de retabels, de zuilen, de beelden en de gewelven zijn allemaal indrukwekkend (voor mij dan toch).
Villahoz: De kerk Nuestra Señora de la Ascunsion: centraal deel van het engelenretabel in de O.L.V. Tenhemelopneming kerk (l), de prachtige stergewelven en de drie retabels vooraan (m), Matthias, de super gids met zijn grote sleutels (r)
Mijn drie engelbewaarders zijn zeer onder de indruk van de vele kleine engeltjes en blijven rond dit retabel hangen terwijl Matthias mij de rest van de kerk toont. Hij verontschuldigt zich dat hij niet alle wetenschappelijke bronnen kent, maar het is een leerrijk bezoek. Hij wijst me ook de plaatsen aan van waar ik de mooiste foto’s kan maken. Ik heb echt genoten van zijn uitleg en ben Matthias dankbaar voor zijn tijd, zijn toewijding en zijn kennis .
Men zou aan universiteiten in Europa een vorming moeten geven om als vrijwillige gids te kunnen werken in kleine dorpen waar de kerken meestal gesloten zijn. Matthias zou als ervaringsdeskundige kunnen getuigen tijdens zo een opleding. Ik zal er met Marc Vervenne over spreken, want daar zit volgens mij een mooi Erasmus+ -project in om de lokale cultuur te bevorderen bij jong en oud.
Veel kerken in de streek hebben een of ander portaal dat ze laatgotisch, “flamenca” noemen. Dat betekent dat er links en rechts van het portaal precies twee pinakels (torentjes) gebouwd zijn die normaal boven op de kerk staan. Dat was ook in Solarana zo in de gelijknamige kerk.
Mattthias legt ook uit waarom er in de streek, een rijke streek met veel graangewassen, zoveel mooie kerken staan. De mensen (meestal boeren) waren rijk en betaalden graag voor een mooie kerk. Ze kochten zo ook een plaats in de hemel, dachten ze. Daarenboven ontstond er een wedijver tussen de verschillende dorpen of kleine stadjes om altijd maar mooier, groter en duurder te bouwen. Dat was in Frankrijk ook zo met de kathedralen in de middeleeuwen. men bouwde zo hoog dat er problemen van kwamen zoals in Beauvais waar uiteindelijke alleen het zeer hoge koor staat waarvan een deel instortte...Hoog moed komt (in de bouwkunst) soms letterlijk ten val. Nu enkele eeuwen later is het soms moeilijk om dal die kerkjes in goede staat te bewaren en zeker om ze open te houden voor toeristen.
San Maria del campo , toren en zijaanzicht (l) San Miguelkerk in Mahamud met beeld van Sint Michael met de draak (m) en de zuidingang van de kerk met dit beeld (m) plu rollo op het plein om gerecht te spreken (r)
Op aanraden van Matthias neem ik nog de tijd om de San Miguel kerk in Mahamud te bekijken aan de buitenkant. Vlakbij staat ook een mooie rollo judiscial op het dorpsplein naast de kerk. De zuidelijke ingang heeft een mooi beeld van de H. Michael die de draak verslaat. Ik stop ook nog in het dorpje Santa Maria del Campo met de gelijknamige kerk die een ongelooflijk mooie renaissancetoren heeft. De kerk staat op een helling en men heeft een sterke structuur moeten bouwen om het geheel te schragen. De kerk is echt een halte waard omdat je ook de binnenkant van de kerk kan zien zonder dat ze open is. Ze hebben aan de deuren grote hekken gebouwd, de deuren staan open en je kan dus gewoon de kerk bekijken door die hekken heen. Tenslotte had Matthias me ook aangeraden te stoppen in Pampliega om de San Pedrokerk te bezoeken. Ze was dicht maar ik kon toch de buitenkant zien.
Panarama van de streek dicht bij de tierra de campos (l), hoogte waar ik mijn tas verloor, (m) en terug kreeg dankzij de efficiënte Guardia civil; de San Pedrokerk van Pampliega (r)
Na al die haltes had ik nog maar 40 km gefietst. Het is al 13.30 u. voorbij en ik moet nog de laatste 25 km fietsen. De wolken stapelen zich op, het begint te donderen en zelfs wat te regenen en ik haast me om zonder stoppen rond 15 u 30 . in Castrojeriz te zijn. In een steile afdaling liet ik mijn fiets gezellig naar beneden bollen ( 55 km/uur), want er was niemand anders op de weg. Plots werd ik mij bewust dat ik precies lichter woog. Ik stopte en stelde tot mijn ontzetting vast dat ik één van mijn fietstassen had verloren; die met al mijn kleren. Ik keek vlakbij en vond geen tas. Dan maar terug gefietst tot in Pampliega, om van daaruit terug te rijden en in alle grachten rechts te kunnen kijken. Terwijl ik traag vorder, stopt plots naast mij de Guardia Civil (dat is dus al voor de 4de keer op mijn pelgrimstocht) en ze vragen of ik een probleem heb. Ik vertel hen kort wat er gebeurd is. Ze zeggen me rustig voort te fietsen en beloven reeds wat verder mee te zoeken. Nog geen 10 minuten later staan ze terug bij mij met mijn verloren tas. Toeval of hier de civiele voorzienigheid die voor God werkt…
Ik het weet niet, maar naast mijn drie engelbewaarders zijn de mannen en vrouwen van de Guardia Civil toch ook zeer goede engelbewaarders voor mij op mijn tocht voor Rientje. Dikke dank u aan de Guardia Civil. Magda denkt dat zij mij geseind hebben, want de eerste keer toen ik de weg kwijt was, hadden ze mijn ID kaart gevraagd. Misschien is er een bericht geseind als dit, zegt ze, ”Als je die oude man op de fiets met 4 rode zakken ziet, hou hem in de gaten”. Het zijn, hoe dan ook, fijne mensen die me al vier keer echt geholpen hebben: DANK U. MUCHAS GRACIAS!
Ik heb nog veel extra tijd verloren met terug te fietsen tot Pampliega en mijn tas te zoeken en kom dus pas rond 16 u 30 aan in Castrojeriz terug op de goede oude camino Francés. Ik vind makkelijk mijn kamer in het hostal Rinconada vlakbij de Nuestra Señora del Manzano kerk aan het begin van het langwerpige stadje echt gebouwd langs de camino. Op de heuvel achter het dorp ligt het oude kasteel. de dame die het open houdt is super vriendelijk en behulpzaam ook al kent ze geen woordje Engels maar dat is niet erg, zo oefen ik mijn Spaans; met een super vriendelijke dame. Ik ben moe maar toch tevreden, want het hostal valt weer super mee: kraaknet en mooi kamertje. Je kan er zelf iets opwarmen of koken in een gemeenschappelijke keuken waar je ook kan eten. Het ontbijt neem ik er ook morgenvroeg.
Even rust ik wat en om 18 u. loop ik Castrojeriz toch nog even door. Het stadje is echt in de lengte uitgebouwd langs een heuvel met de ruines van het kasteel. In het centrum bezoek ik de Santo Domingo kerk waar het toerismebureau aanpaalt.. Ze is toegewijd aan Dominicus die de dominicanen stichtte. Christobal die het toerismebureau open houdt geeft mij een persoonlijke rondleiding in het Frans: ik ben zijn enige klant! Hij zet ook het interactief Interpretatiecentrum rond de Camino dzat men heeft opgebouwd in de Santo Domingokerk voor mij alleen in gang. Wat een service. Op het retabel zie je Dominicus met een hond bij zich natuurlijk. Domini-canes, of de honden van de Heer. Ze waren gespecialiseerd in het bestrijden van ketters. Sommigen denken dat alleen san Roque (Rochus) een hond bij zich heeft maat niets is minder waard. Vooral san Roque en Santiago worden soms door elkaar gehaald omdat ze allebei meestal in pelgrimskledij worden afgebeeld. Santiago, denk ik, heeft nooit een hond bij zich.
Castrojeriz: San Domienco kerk met het retabel van de heilige Domenicus (l); Christobal (m) , de verantwoordelijke van het toerisme bureau en mijn prima gids in de San Domenico kerk; Vergezicht van Catstrojeriz. en zijn heuvel (r)
Ik eindig in de mooie kerk van de Virgen del Manzano (naast mijn hostal Rinconada) die uitgebouwd is tot een museum en waar nu een tentoonstelling loopt rond de Vrouw op de Camino door de eeuwen heen. Het gaat praktisch alleen over de Vrouw Maria, en waarom niet, maar dat is toch meegenomen. De naam Manzano zou afgeleid zijn van “del Almaçon” of van de appelboom. Het was de naam was van het gehucht juist buiten de stadmuren omdat een miraculeus beeldje van Maria daar lang geleden gevonden werd. Later zet de onvriendelijke koster me buiten de kerk, want om 20 u. begint een mis in een zijkapel en ondertussen mag je niet rondlopen. Terwijl hij dat zegt komt een jonge priester binnenlopen die de H. mis gaat doen en mij vriendelijk groet. Ik denk bij mezelf "Hier hebben ze noig jonge priesters". Ik heb al twee kerken gezien in Catsrogeriz en morgen wil ik nog wel de San Juan kerk aan de buitenkant bekijken ook al had ik de Mudejar kloostergang en de binnenkant met zijn palmvormige stergewelven willen zien maar ze is dicht.
Ik ben even mijn drie engelbewaarders kwijt maar ben niet te ongerust voor Rientje want ze zorgen goed voor hem. Na een paar uur "verschijnen" ze, letterlijk en figuurlijk , en vertellen ze me dat boven het kasteel van Castrojeriz op de heuvel zijn gaan vliegen. Een schitterend zicht zeggen Bert en Wim en dat beaamt Rientje. Ze wilden er de legende van de hoefijzers van het paard van Santiago testen. De vier hoefijzer aan de toegangsdeur van de Santa Maria del Manzano verwijzen naar een legende van het paard van Santiago. Toen hij in het kasteel was op zijn paard twijfelde iemand aan de vondst van het beeldje van Maria in de boomgaard. Kwaad sprong hij met veel kracht van zijn paard zo dat hij meteen aan die kerk van de boomgaard stond. Zijn paard verloor daarbij (van verbazing) zijn vier hoefijzers die je nu ziet bij de kerkdeur! Mijn bewaarengelen hadden zelf geprobeerd om met één sprong van bovenop het kasteel tot de Santa maria del Manzano te springen. Ik zeg de lezer niet of ze erin geslaagd zijn want jullie geloven mijn verhaal toch niet. ..
Castrojeriz, Santa Maria del Manzano: een praalgraf van de condes (graven) met engeltjes op de gordijnen, de westgevel van de kerk met roosvenster en archivolten rond de deur, het koor met het retabel met een schilderij van de boodschap aan Maria boven het tabernakel
Mijn engelbewaarders (vooral de Wim weer!) dringen erop aan dat ik met hen om 8.30 u. naar het Santa Claraklooster ga, een contemplatief klooster met slotzusters die nooit buiten komen dat op een kleine kilometer van mijn hostal ligt. Ik beloof het graag. Ze slapen vlakbij op de Virgen del Manzano kerk. Als avondmaal heb ik nog een luchtdicht verpakte paella van gisteren over, en die hoef ik maar snel op te warmen in de microgolf van het hostal. Ik heb ook ijsblokjes kunnen kopen in de mercado en daarin liggen in mijn wasbak enkele frisse pintjes op mij te wachten. Nu nog mijn blog schrijven en met Magda wat whatsappen rond 21 u. Het was weer een fijne en bewogen dag. In slaap vallen vormt geen probleem.
Comments