top of page

Dag 39: 15 juni 2022: Van Burgos naar Covarrubias

Bijgewerkt op: 29 dec. 2023

Ik verlaat vandaag in Burgos de Camino Francés voor twee dagen om 65 km naar het zuiden te fietsen en het klooster van Santo Domingo de Silos te bezoeken. Dit klooster is wereldberoemd voor zijn romaanse kloostergang en het beeldhouwwerk dat daar te zien is. De vorig jaar overleden Mireille Madou schrijft daar prachtige bladzijden over (blz 103 tot en met blz 113) in haar boek “Onderweg naar Santiago”: een echte aanrader.

Omdat het snikheet is, heb ik beslist om vandaag slechts 45 km te doen tot het stadje Covarrubias zodat ik ontsnap aan de grote hitte vanaf 14 uur. Rond 8 uur ben ik vertrokken, maar ik verlies veel tijd en doe nutteloze kilometers om de juiste weg met de fiets te vinden In Burgos. Ik heb zeker 10 km omgereden, want niemand weet hoe je met de fiets Burgos uitkomt. Iemand zegt me gewoon een stukje de Aweg op te rijden maar uit een eerdere ervaring op de Aweg (onderweg naar Olite vanuit Pamplona over Taffala) heb ik geleerd dat beter niet te doen...Met de on-line hulp van Magda en een dame langs de weg, kom ik gelukkig op de juiste BU 800 terecht, de enige secundaire weg naar dat mooie stadje.


Bij het verlaten van Burgos kom ik terug langs de mooie kerk van San Gil Abad (abt) . Ik beslis er nog even te stoppen want mijn eerste bezoek eergisteren was super kort. Nog even eraan toevoegen dat dit nummer 3 is van DE drie gotische kerken die je in Burgos moet gezien hebben. De andere twee waren de Santa Maria kathedraal en de San Nicolaskerk met het engelenwiel van Juan en Simon de Colonia (vader en zoon). Naast de kerk staat de San Gil poort die toegang geeft tot de stad. Even eraan herinneren dat in de San Gil Abad kerk drie prachtige retabels staan van Gil de Siloë en vele prachtige praalgraven in zwarte pizarra steen en soms met witte albasten handen. De overledenen zijn in het zwart om dat deze schenkers geld gaven voor het bouwen van kapellen in een Benedictijner kerk. De kledij van deze Benedictijner monniken was zwart dus mochten de schenkers met een degelijk kleed op het praalgraf liggen. Sommige abdijen lieten een speciale prijs te betalen om in het kleed van de monnikenorde begraven te worden en in de abdij, tegen de muur van de abdij of dichtbij de abdij in de Middeleeuwen. Hoe meer je betaalde hoe dichter dat je bij het altaar kon liggen. Soms lagen de lijken (of rijken) niet diep genoeg onder de kerkvloer en dan kan men ze ruiken. Vandaar de uitdrukking "stinkend rijk". De monniken baden voor de milde schenkers en dan gingen die gelovigen vlugger van het vagevuur naar de hemel... Nu bestaat het vagevuur niet meer...Terloops ze liggen meestal allen met hun voeten naar het oosten want als ze zullen verrijzenis zullen ze naar Christus kijken en die werd in het Oosten geboren. Kwestie van je weg te vinden naar de hemel bij je verrijzenis.

Vlakbij de san Gil Blas kerk en stadspoort kan je langs de paseo de cubos wandelen, een wandelpark route, gebouwd langs de versterkte muren van de stad, in de buurt van het oude kasteel. De torens van de muren, de cubos of vierkante/ halfronde torens, hebben hun naam aan deze paseo gegeven. Dit zijn echt zalige en frisse wandelingen als het warm is want er staan veel bomen . Je hebt ook een mooi zicht op de stad.


San Gil Abad (Burgos):gotische kerk, de zwarte pizarra leisteen praalgraven (met, witte, albasten handen en gezicht) van Fernando de Castro de la Hoz y Juana García de Castro, schenkers van de kapel in het zwarte habijt van de benedictijner monniken (l), het retabel van de geboorte van Gil de Siloë, (m) en de trap naar de Westelijke deur met een sober timpaan met een deësis. van Maria (midden), san Gil en een andere heilige (r)


Op de carreterra BU 800 stel ik snel vast dat dit ook de Camino del Cid is. De Camino Francés loopt van oost naar west en de route van de Camino del Cid loopt van het Noordwesten bij Burgos tot het Zuidoosten bij Valencia en de Middellandse zee. Ze hebben een gemeenschappelijke plaats in Burgos. El Cid was DE grote held en vrijheidsstrijder tegen de Moren, die ook een groot beeld heeft in Burgos vlakbij de San Pablo brug. Hij stierf tijdens een veldslag in 1090. Hij is het voorbeeld van de moedige Spaanse ridder. Vele mensen lopen of fietsen nu ook langs de Camino del Cid die goed bewegwijzerd is.

De bekende legendarische koffer van El Cid bevindt zich tegen de wand in de doorgang van de kathedraal van Burgos naar de kapittelzaal. Volgens een legende zocht El Cid geld om zijn oorlogen te bekostigen o.a. bij een Joodse bankier. Voor het geld bood hij als onderpand een zeer zware koffer, maar die mocht de bankier niet openen. De bankier had vertrouwen omdat El Cid de reputatie had een eerlijk man te zijn.. Na de oorlogen bracht El Cid hem het volledige bedrag (met interest) terug en toen zei hij dat de koffer open mocht. Daar zat alleen maar zand in. Daarmee werd bewezen dat het woord van El Cid meer waard is dan al het geld dat kan geleend worden.


Aanduiding van de Camino del Cid (l) de koffer van El Cid in de kloostergang van de Kathedraal van burgos (m), en Fernando de aangename fietsenspecialist


Op de BU 8O0 kom ik verschillende mooie dorpjes, tegen o.a. Los Ausines met die drie kerken en een oude Romeinse brug, met vlakbij een grote ronde bron, gekend door trekkers en pelgrims om er zich te verfrissen. Bovenop de Eulalia kerk staat een beeld van Christus ons na te staren of de weg te wijzen...

Een beetje voorbij Los Ausines splitst de weg zich in twee en ik twijfel of ik de BU 800 nog wel moet volgen, want er is een andere weg. Een auto stopt naast mij en een man vraagt of hij kan helpen. Hij raad me sterk aan de BU 800 te verlaten en verder te fietsen over de kleinere BU 8012. Het is iets langer, zegt hij, maar deze weg loopt meestal door de valleien en vermijdt onnodig klimwerk behalve op het einde, want Covarrubias is wat hoger gelegen. Fernando stelt zich voor en zegt dat hij in de fietsbusiness zit. Hij is een en al bewondering voor mijn Riese Müller fiets . Hij heeft in zijn Mercedes altijd zijn plooibare Brompton mee en doet prompt zijn koffer open om dat te bewijzen. Hij houdt duidelijk van goede fietsen. Ik geef hem een kaartje met de blog. Hij zal er zeker naar kijken. We wensen elkaar het beste en zetten allebei onze weg voort. Ik heb al verschillende keren de indruk dat sommige mensen op het juiste moment op mijn weg verschijnen. Mijn engelbewaarders, Bert en Wim, zeggen dat dit de heilige Voorzienigheid is. Rientje bevestigt natuurlijk dat dit zo is want hij kijkt op naar zijn twee grote vrienden. Niemand weet nog wat dat is"de heilige of goddelijke voorzienigheid". Dit heet nu een gelukkig toeval. In de kunst ziet men vaak fortuna (positief: met een hoorn van overvloed) afgebeeld of het fatum (noodlot) uitgebeeld met de Moirae, de drie schikgodinnen die met de draad van het leven bezig zijn o.a. één met een schaar om het leven te beëindigen. De Goddelijke voorzienigheid wordt soms voorgesteld door een Gelijkbenige driehoek met middenin het stralende oog van God.


Los Ausines: één van de drie ro maanse kerkjes, santa Eulalia met het Christus beeld bovenop(l) ronde bron (m), en de Romeinse brug (r)


Fernando heeft gelijk want de weg rijdt super gemakkelijk, is tamelijk vlak en …wonder boven wonder, hij brengt me naar een unieke plaats waar men voetsporen van dinosauriërs heeft gevonden in Mambrillas de Lara. Rientje is super blij en opgetogen en dringt aan dat ik foto’s neem om naar zijn broers en zus te sturen. Oma noemde hem Rientje, mijn dientje, omdat hij zoveel over dino’s wist (veel meer dan oma!) en er erg in geïnteresseerd was. Er staat een groot beeld van een dino en verschillende borden met info. Onder een groot afdak zie je sporen van drie soorten dino’s die omlijst zijn met wat witte werf. Ik stuur de foto’s onmiddellijk naar de andere kleinkids, want die houden ook van dino’s. Ik neem mijn lunch bij de dino’s en whatsapp even met Magda en de kleinkinderen. Het is woensdag en dan eten ze bij haar altijd croque-monsieur of pasta. Ze zijn even opgewonden als Rientje. Wat is dat fijn. Weer een toeval of de heilige voorzienigheid …of niet…


Mambrillas de Lara: beeld van een dino (l), de sporen van dinosaurussen (m) en uitleg over de site (r)


Stilaan begint de weg wat te stijgen en ik denk dat dit betekent dat ik Covarrubias nader. Maar vlakbij daalt de weg, want het stadje is aan de rivier Arlanza gelegen. Het wordt ook wel erg warm , 37-38° in de schaduw, want het is al 14 uur door. Onderweg zie ik nog het Benedictijnse monasterio San Pedro de Arlanza dat gedeeltelijk gerestaureerd is. Rond 14. 45 uur ben ik in Covarrubias en aan mijn Casa Rural met een nette kamer en alles erop en eraan. Dank je Magda! Het eerste wat ik doe is een flinke Spaanse pint drinken van het vat, een caña, een Estrella Galicia, mijn voorkeursbier.

Na wat uitgerust te zijn en wanneer de grootste warmte voorbij is, bezoek ik het stadje na 18 uur. Er is nog niemand op straat, want het is nog veel te warm. Toch kom ik er twee tegen en één van die twee is de jonge prof. Jorge Jimenez prof. ME manuscripten aan de Universidad de Zaragoza die ik gisteren in de Cartuja de Miraflores in Burgos ontmoette en die zijn bezoeken verder zet in de buurt. Een aangenaam weerzien dat bezegeld wordt met een gezamenlijke foto en een stevige hug. Hij gaat nog een (zeldzame) Visigotische ermita bekijken, Santa María Quintanilla de las Viñas….met de auto. Ik heb het in de verte zien liggen maar was te moe om ernaar toe te fietsen boven op een heuvelrug. Achteraf als ik het kerkje opzoek op internet vergeef ik het me niet dat ik er niet naar toe ben geweest. Ik maak mijn fout goed door hard aan de blog te werken en met het bezoek aan santo Domingo de Silos goed voor te bereiden voor morgen. Ik stuur ook nog een mail naar Prof. Jorge Jimenez en hij stuurt mij enkele foto's van het kleine Visigotische kerkje.


Monasterio San Pedro de Arlanza (l) toegangspoort tot Covarrubias (m) en de kerk van Cosmo en Damiano (r)


In 1965 werd het stadje Covarrubias, met 400 inwoners, al erkend als een conjunto historico artistico, een soort statuut waarbij een geheel stadje of dorp een speciaal historisch cultureel erfgoed erkenning krijgt. Alle bewoners zorgen ervoor dat het middeleeuwse karakter van het stadje bewaard blijft. Spijtig genoeg staan hun auto’s overal in het stadje (anderen moeten de auto erbuiten laten), wat afdoet aan de kwaliteit van het beeld dat je krijgt van dit mooie stadje. Maar…. de vuilbakken zijn wel omgetoverd tot kleine oude huisjes om het straatbeeld niet te schaden.

Er is een mooie gotische kerk, vroeger een collegiale kerk met kanunniken. Binnen is er een mooi retabel van OLV, veel praalgraven en een prachtig houten koor achteraan in de kerk. Er zijn verschillende oude schilderijen waarvan één een Van Eyck of van zijn atelier zou zijn. Het is niet te bezichtigen spijtig genoeg! De kerk was een onderdeel van de verdedigingsmuur rond de stad en is vlak tegen de rivier gebouwd zoals de oude muren. Er is ook nog een tweede oud romaans-gotisch kerkje, de santo Tomas.

In de collegiale kerk zit een jonge man (40) , Luis rustig te lezen. Als ik hem aanspreek zegt hij hier te komen lezen omdat het rustig en fris is. Hij benadrukt dat hij leeft om te lezen. Hij doet niets anders; hij werkt niet maar hij leest alle soorten boeken. Hij deelt het zelfs niet met anderen. Hij leeft klein en eenvoudig. Het lezen is zijn grootste persoonlijk genot. Ze zeggen altijd dat God (als Hij bestaat want wij twijfelen er sterk aan sedert het overlijden van ons Rientje) van elk zijn getal nodig heeft....dus ook deze lieve lezer. Om nog even over God verder te gaan: voor mijn lieve echtgenote bestaat God niet meer: wie slachtoffert er nu zijn eigen zoon. De namiddag dat Rientje gestorven is en dat het UZ Antwerpen al het mogelijke deed om hem te redden hebben wij tot hem en Maria gebeden waar ze waren blijkbaar met iets anders bezig....Ik heb die dag ook het bidden verleerd en ik was nogal een bidder!

Covarrubias: de aangepaste vuilbakken , de versterkte toren of donjon (m) de 2de ontmoeting met Jorge Jimenez, de prof. oude manuscripten universiteit Zaragoza;

Verder is er in de stad nog de 10de-eeuwse versterkte toren van (koning) Fernán González of van zijn dochter Doña Urraca die o.a. koning Ordoñio IV van Léon huwde. Het is een klein kasteel dat een onderdeel van de verdediging vormde. Hij zou zijn dochter daar hebben opgesloten. Alle huizen zijn in vakwerkstijl met houten geraamtes waartussen een soort leemspecie wordt samengedrukt. Er zijn heel veel houten balken gebruikt. De streek heeft dan ook heel veel bossen. Er zijn verschillende pleintjes met huizen waaronder je voor een deel kan doorlopen, zoals we in Frankrijk in Bastides hebben gezien. Aan de rand van de stad staat een Rollo judiscial, dit is een paal waar vroeger in het openbaar het gerecht zijn werk deed zodat alle burgers konden volgen wat er gebeurde. Er is ook nog één van de oude toegangsporten tot de stad bewaard gebleven. Een echt gezellig oud stadje. Ik ben blij dat ik hier gestopt ben, alvorens door te fietsen naar Santo Domingo de Silos. Ik ben vooral blij dat ik vandaag weer fijne mensen heb ontmoet en veel moois heb gezien qua gebouwen en qua landschappen.

Een stad of een dorp bezoeken zonder met de mensen te praten is niet goed en maakt een bezoek onvolledig.. Het contact geeft je zoveel meer. Ik heb geen zin om alleen uit te gaan eten, want de restaurants openen pas om 21 uur en ik ben moe. Ik vraag aan de lieve baas van de Casa rural een stuk tortilla, wat brood (want ik heb nog wat kaas bij) en een glas frisse witte wijn uit de streek. Voor 4,5 euro heb ik een halve tortilla en een halve fles witte wijn en een gezellig praatje gratis erbij. Het wordt een zalig avondmaal aan het raam van mijn kamer dat uitkijkt op de voorkant van de kerk van San Cosme y San Damian vlakbij de stadwallen of murallas.



Visigotisch kerkje van Quintanilla de las Viñas: zware stenen met motieven van bloemen, kruisen wijnranken

foto's: courtesy Jorge Jimenez, Un versity Zaragoza







24 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


bottom of page