Dag 32, 30/04/2025: van Zamora tot Granja de Moreruela
- Magda Kirsch
- 5 mei
- 4 minuten om te lezen
Deze voormiddag hebben we een wat grondiger bezoek gepland aan Zamora, een stad van 65000 inwoners langs de Duero rivier (Douro in het Portugees) op geen 50 km van Portugal. De oude stad ligt langs de Duero rivier boven op een zandsteenheuvel met veel tinten van beige en zelfs oker. De stadswallen, nog voor één kilometer bewaard, zijn gebouwd boven op deze zandsteen/ rots structuren en zijn echt indrukwekkend, zowel van beneden als vanboven waar een mirador is waar we gisteren al waren. De stad ontwikkelde zich voorspoedig tussen de 11de en 13d eeuw en dat legt uit dat daar zoveel romaanse kerken zijn. In feite hebben we er geen enkele gotische gezien.
Nabil en Yves die de fiets van Yves de trap af, de kathedraal van Zamora
Na een lekker ontbijt op onze flat staan we klaar om de oude stad te bezoeken. Om 9 uur stipt klopt Nabil op de deur en helpt mij de zware fiets naar beneden te brengen. Hij is een ongelooflijk lieve man die ons een onvoorziene hulp gaf. Weer een engelbewaarder meer. We hopen dat hij vandaag ook eindelijk veilig op zijn vakantiebestemming geraakt met vrouw en twee kinderen.

Door de nog rustige stad lopen we naar de kathedraal die helemaal achteraan op het hoogste punt gelegen is : een zware vierkante (verdedigings-)toren rijst uit boven de romaanse kathedraal. Van ver zie je ook de toren op de viering staan, de typische koepel bedekt met schubben zodat de koepel er bijna uit ziet als een dennenappel. Een typisch element van de Poitou (rond Saintes en Poitiers) dat Jérome du Périgord, een Fransman en één van de eerste bisschoppen, meebracht naar hier. Rond de grote toren staan 4 kleine gelijkaardige torentjes ook met schubben. Aan de noordkant werd in de 18de eeuw een zware classicistische ingang (tempelachtig bijgebouwd. De oude romaanse structuur is buiten nog duidelijk zichtbaar. Binnenin is de kathedraal zeer barok aangekleed met vele barokaltaren. Toch vallen de gotisch arcosolia (graven) en veel muurschilderingen op. Een prachtig koor uit de 16de eeuw. Geen glasramen want kleine openingen in de romaanse gebouwen en zeker hier, waar de kerk deel was van de verdediging. Na een klein uurtje zijn we buiten.
Zamora: Maria Magdalenakerk: een mooi graf en het exterieur, San Juan Bautistakerk
We wandelen naar de Maria Magdalenakerk een kleine romaanse kerk, maar bijzonder hoog met een heel mooi graf uit de 11 de eeuw. We wandelen terug langs één van de paleizen en door enkele winkelstraten. In de flat staat alles klaar. Bernadette haar fiets brengen we samen naar beneden en om 12.15 u. vertrekken we. Eerst gaat het naar de Duero omdat we beneden langs de stadsmuur willen fietsen rond een groot deel van de oude stad. Daarna proberen we de N 630 te vinden en we komen op de Camino voor stappers . We beslissen er enkele kilometers op te blijven om dat toch eens mee te maken. Er zijn echter heel veel putten in de kiezel- en grindweg en we verliezen heel veel tijd. Na enkele kilometers beslissen we terug onze trouwe en lege N 630 te volgen.
Zamora: San Juan de la Puerta Nova, de stadwallen en Bernadette op de wallen
De volgende halte is Montemara een stadje gelegen bij een kunstmeer met een kerk met veel ooievaars op en een 2de op een heuveltje boven het meer dat ernaast ligt de Ermita de la Virgen del Castillo waar vroeger een kasteel stond, een magische plek om te lunchen met een prachtig zicht. Daarna fietsen we verder door een rustig landschap naar ons einddoel Granja de de Moreruela dat we na 50 km bereiken . Een dorp op de Camino waar niets noemenswaardig is . We slapen in een soort B& B, de Conde Victor Luna, met een landelijk karakter, maar net. Terwijl we op de eigenaar wachten praten we met een Australisch koppen Ray en Suzanne uit Melbourne die de Camino’s verkiezen boven de Australische lange hete wandelpaden in hun woestijn. Ze zijn hier al vaak geweest voor de mensen en voor de natuur. We praten later met nog twee Vlamingen; Rita en haar man die reizen met een Nederlands bedrijf dat experiential tochten organiseert voor kleine groepen. Zij zijn slechts met twee maar stappen elke dag toch met anderen mee.
Ermita de la Virgen, de omgeving en Ray en Suzanne
We hebben een kamer met twee bedden maar één bed verliest een poot bij het verschuiven. Dat wordt snel opgelost. Later gaan we in het dorpje wandelen en vooral kijken wat de Bar restaurant TéléClub te bieden heeft. Vanaf 20 uur kunnen we er avondmalen maar als we ons aanmelden is het daar een ware overrompeling. Alle pelgrims van de albergue vlakbij en van onze B & b willen er eten. Wij beslissen om vlug in een klein winkeltje wat inkopen te doen, en we zijn nog juist op tijd om pasta, kaas en ham te kopen. We maken ons avondmaal zelf klaar in de keuken van de B &B en kraken een flesje witte wijn bij onze sobere maar smakelijke maaltijd. Tijdens ons maal begint het hard te regenen en verschijnt er plots een kletsnatte jonge man, Francis uit Exeter op zoek naar een bed. We beuren hem wat op met een goed glas witte wijn. Victor de B& B uitbater vindt hem ergens een bed, want bij ons zijn de 8 kamers volgeboekt. Victor komt alle pelgrims aanraden om morgen niet het kleine wandelpad te gebruiken langs de rivier, maar op de nu N 631 te blijven tot het droger wordt. Na de maaltijd en het opruimen gaan we naar bed. Morgen wacht ons een nieuwe rit met wat meer klimmen naar Camarzane de Tera, weer ongeveer 50 km.
Bernadette op wandel, kokend en genietend van het avondmaal
Comments