Bruno heeft vannacht tot na 4 uur ’s morgens gewerkt aan het controleren van data voor zijn PHD-thesis, die hij in oktober moet inleveren. Hij heeft gisteren geprobeerd me uit te leggen waar het over gaat: “De rol van proteïnes in de celstructuur bij strottenhoofdkanker.” Ik ben niet zeker of ik het volledig begrijp. Vanmorgen was hij dan ook moeilijk wakker te krijgen. Ik ben dus alleen gaan ontbijten rond 8 uur, en iets voor 9 uur heb ik hem verteld dat het ontbijt om 9:30 uur zou eindigen. Hij sprong direct in zijn kleren en ging ontbijten. Tegen de tijd dat we uiteindelijk op de fiets zaten, was het bijna 11 uur. We hadden vandaag maar 50 km te gaan, maar wisten dat de laatste 25 à 30 km vanaf Mondoñedo bijzonder zwaar zouden zijn, met een stijging van zeeniveau in Ribadeo tot 600 meter, ter hoogte van Abadín. Vanaf die heuvelruggen dalen we geleidelijk naar Santiago de Compostela, waar we overmorgen zullen aankomen na nog 130 à 140 km. Sinds gisteren zijn we nu in de Autonomia de Galicia en hebben we Asturië verlaten. Daarvoor waren we in Cantabrië en het Baskenland.
Yves en Bruno met Richie Wyatt bij ons hotel Santa Cruz
Bij het checken van de fietsen voor hotel Santa Cruz, gelegen direct aan de Camino del Norte, begint Bruno te praten met een Dubliner, een Ier genaamd Richie Wyatt. Vorig jaar had hij samen met zijn echtgenote in volle zomer de Camino Portugués gedaan, zijn eerste Camino, en hij vond het geweldig om op de Camino’s te wandelen. Dit jaar was hij net alleen vertrokken vanuit de luchthaven van Avilés. Zijn vrouw geeft les en moet morgen weer aan de slag op haar school. Op mijn vraag waarom hij op pad gaat, geeft hij twee redenen: om veel mensen te ontmoeten en om goed te eten. Hij was bijna 20 jaar chef-kok op een groot jacht voor rijke lui (waaronder veel Russen) en had er genoeg van om altijd van huis te zijn. Nu blijft hij bij zijn vrouw, behalve voor zijn pelgrimstochten. Hij noemt zichzelf op zijn Instagram-pagina Bon Camino Chef, want hij probeert overal lekker te eten. Het is de eerste keer dat goed eten de motivatie is voor een pelgrimstocht, maar waarom niet? Hij heeft de poster gelezen over het Rinus Pinifonds en vindt het een geweldig initiatief dat hij zal proberen te steunen. Deze avond had Bruno al een bericht van hem met de beste wensen.
Ribadeo: het stadspark, de Sta Maria do Campo kerk en de jachthaven
Het weer is weer zonnig en bij het verlaten van Ribadeo kan ik enkele zonnige foto’s maken van de baai en de omgeving. We fietsen goed door gedurende drie uur. Onderweg verlaat de weg de Atlantische kust en buigt af naar het zuidwesten, naar het binnenland van Galicië, ter hoogte van Ría de Foz, een grote inham. Vandaar stijgt de weg geleidelijk. We maken nog een halte onderweg voor een koffie; Bruno heeft regelmatig koffie nodig… Hij vaped ook tegenwoordig en legt de schuld daarvan bij zijn PHD-werk.
Ria de Foz, een landschap onderweg en de kathedraal van Mondoñedo
Na ongeveer 15 km verlaten we de rustige N-634 (het is zondag) en nemen een kleine, vrij steile weg naar Mondoñedo van 1,5 km. Ik wil het mooie dorpje/stadje zien met zijn oude dorpsplein en de prachtige basiliek/kathedraal: een mengeling van laatromaanse kunst (ronde bogen) en gotische bogen en gewelven (zelfs een stergewelf in het koor) en vooraan twee torens met een soort tussenstuk dat in de barokperiode werd toegevoegd.
Alles is gebouwd in dezelfde mooie rotssteen uit de streek, die er zeer warm uitziet en ook letterlijk warm aanvoelt als de zon er lang op schijnt. Binnen is er een weelde aan meubilair (zoals houten koorstoelen, muurschilderingen, orgels, waaronder een uit de 16e eeuw, een mooi barokaltaar in het koor en enkele minder mooie kleine barokaltaren). De architecturale structuur is duidelijk laatromaanse en gotische stijl, maar met weinig zwaar bewerkte kapitelen.
Mondoñedo: de kathedraal met kruisgewelven en barokaltaa en detail van dit altaar
Er is ook een kloostergang, maar die is gesloten (jammer). Het plein voor de kerk is omgeven door mooie overdekte huizen, waar Bruno alweer honger heeft en een lokaal gerecht verorbert: varkensvlees met gebakken aardappelen; ik houd het bij een koffie. De straatjes zijn erg gezellig, en vlakbij in een zijstraat staat een mooie 16e-eeuwse fontein/waterput die vroeger het dorp van water voorzag. Er zijn nog vele andere gebouwen, allemaal gebouwd in dezelfde typische Galicische basaltsteen. Na meer dan een uur rondgekeken en gegeten te hebben, verlaten we het mooie stadje richting Abadín.
Mondoñedo: toren van de kathedraal en een wasplaats. Bruno moet bijtanken
Daar wacht ons de lange (25 km) beklimming van de hoge heuvels die we over moeten om Abadín te bereiken. Ondertussen is het na 14 uur en dus warm, zelfs te warm, maar we willen zo snel mogelijk bij onze verblijfplaats, Casa Goas, zijn. We besluiten elk in ons eigen tempo te rijden, want Bruno heeft geen elektrische fiets. Rond 15:45 uur bereiken we onze slaapplaats voor deze nacht. In Casa Goas zijn er grote kamers voor pelgrims, met stapelbedden voor 8 à 12 personen, of er zijn kamers met twee bedden. Magda heeft zo’n kamer voor 2 geboekt, omdat Bruno elke avond/nacht wil werken.
Om 16 uur zijn we op onze kamer en drinken we iets fris, want er is een café bij en een restaurant dat een pelgrimsmenu serveert van 19 tot 21 uur. We zijn supertevreden. Bruno begint te werken en ik vertrek te voet naar het romaanse Santa Maria-kerkje (12e eeuw), 1,5 km buiten het dorp.
Abadin: get Galicisch dubbelkruis, de Sta Mariakerk en het kerkhof ernaast
Het is ook weer gebouwd in de zware Galicische steen, met een kleine klokkenmuur waarin twee klokken hangen. Rechts van de kerk staat een dubbel kruis: aan de ene kant de gekruisigde Christus en aan de andere kant zijn treurende moeder. Het kerkhof is ook typisch, want op de stapelgraven staan gotische pinakels of torentjes. Op de omliggende heuvels staan grote windmolens elektriciteit te produceren, want we zijn op 600 meter hoogte.
Het was een fijne dag. Ik neem een douche, bel met Magda, schrijf mijn blog, en om 19:30 uur gaan we samen eten. Morgen gaan we naar Parga op de Camino del Norte, gelegen in een mooi regionaal natuurpark. We hebben weer slechts 50 km te gaan en dan wacht de stad Santiago, nog 80 km verder, maar dat is voor dinsdag.
Abadin: detail van dubbelkruis, iets typisch Galicisch
Comments