Ik weet uit ervaring dat Bruno vast slaapt, dus vanaf 6:30 uur begin ik me klaar te maken en maak ik wat geluid. We hebben afgesproken om om 7:30 uur te ontbijten in het restaurant; het ontbijt is inbegrepen in de prijs. Langzaam wordt Bruno wakker en rond 7:45 uur verschijnt hij in de ontbijtruimte waar ik al zit. Het is een eenvoudig ontbijt met een grote pistolet voor ieder, koffie in alle mogelijke varianten, jam, honing, boter, en tomaten in kleine doosjes met olie; heerlijk Spaans. Ik vraag om extra brood en koffie, en de oude mevrouw Charro, die duidelijk een zwak heeft voor een ‘nieto’ (kleinkind) die met zijn grootvader op stap is, verwent ons geweldig. Ik vraag of ik de extra’s moet betalen, maar nee, ze worden ons aangeboden door het huis.
Virginia met Bruno; de mistige omgeving van Santa Marina en Bruno op zijn herstelde fiets
Na het ontbijt moet Bruno eerst de versnellingen van zijn fiets repareren. Terwijl ik op hem wacht, komt er een jonge dame voorbij, Virginia, 24 jaar, die net is afgestudeerd aan de Universiteit van Pisa in Mediation Linguistics, waar onder andere vertalen en tolken onder vallen. Ze is op weg naar Santiago met haar moeder en een bevriende vrouw om haar vader te gedenken, die onlangs op 63-jarige leeftijd aan leukemie is overleden. Pelgrimeren (zelfs met de auto) als therapie komt blijkbaar vaker voor, en niet alleen bij mij. Dan verschijnt Bruno, en ik moet hem wat helpen door het wiel omhoog te houden terwijl hij met trial-and-error probeert ervoor te zorgen dat de ketting over alle acht tandwielen werkt. Dit kost meer tijd dan hij had gedacht, maar uiteindelijk functioneert alles prima. Om 10:00 uur kunnen we vertrekken en verlaten we ons prachtige koloniale huis met de vriendelijke mensen die ons zo goed hebben verzorgd.
De glooiende heuvels; het casino van Navia en de omgeving met de autostrade hoog boven alles
Het heeft vannacht gedonderd en geregend, maar nu is de lucht grijs en blijft het de hele dag grijs. De wolken hangen laag over de heuvels, waardoor we geen goed zicht hebben op de verschillende baaien die onder ons liggen. Het landschap en de wegen gaan op en neer, maar de hellingen zijn niet te steil. In Luarca, na 30 km, houden we halt op het marktplein en gaan we koffie drinken; Bruno neemt er een groot stuk tortilla bij, want hij heeft alweer honger. Daarna gaan we naar het Oficina de Turismo voor een stempel en vervolgens weer op de fiets naar Navia. Vanaf dat stadje wordt de weg licht glooiend met lange, rechte stukken, en we maken goede voortgang. We stoppen kort in Navia om brood te kopen; Bruno drinkt er nog een koffie. Zowel in Luarca als in Navia is er niets bijzonders te zien; het zijn twee gezellige haventjes aan de Atlantische Oceaan met toch wel wat toeristen. De stranden zijn verlaten, want het weer is grijs en fris. In Navia is er een 15 meter lange stadsmuur uit de 13e eeuw bewaard gebleven, die nogal opgeblazen wordt als een wereldwonder.
De stadsmuur van Navia. Picknick bij de Ermita San Pelayo voorbij Tapia
Na Navia fietsen we verder, en voorbij Tapia stoppen we om te picknicken: Spaanse kaas, Iberico-ham en vers brood, heerlijk. De laatste 25 km verlopen vlot; we steken de rivier de Eo over als onderdeel van de ria van Ribadeo (estuarium) via een fietspad dat vastzit aan de hoge Ponte dos Santos. Indrukwekkend en wat angstaanjagend, want het fietspad is smal en als er iemand uit de andere richting komt, is er een probleem. Ik kruiste een fietser die afstapte, zijn lichte fiets omhoog tilde langs de brug en mij zo passeerde. Eenmaal over de brug zijn we op 1 km afstand van het Hotel de Santa Cruz, waar we zeer vriendelijk worden ontvangen. Bruno begint direct aan zijn thesis te werken en ik ga wat boodschappen doen.
Het smalle fietspad naast de brug en Bruno meteen aan het werk
Ik verken ook de stad, maar midden op het grote plein maakt een kermis lawaai. De steegjes zijn bijzonder steil richting de jachthaven en er is niet veel wereldschokkends te zien, maar toch maak ik enkele foto’s. Straks gaan we uit eten in een pulpo-restaurant vlakbij, want Bruno is dol op pulpo (inktvis). Morgen kunnen we wat langer slapen, want we hebben maar 60 km voor de boeg met één steile klim. Het samen fietsen is een fijne ervaring tussen kleinzoon Bruno en opa Yves; als het zwaar is, zwijgen we en trappen door, en als het makkelijker gaat, praten we wat bij. Ik heb echt een geweldige oudste kleinzoon, die heel attent is gezien mijn leeftijd, maar dat irriteert me soms ook een beetje…
Ribadeo
Comments