top of page
magdakirsch

Dag 31: van Saint-Chély-d’Aubrac naar Saint-Alban-sur-Limagnole, 60 km

Bijgewerkt op: 4 okt. 2023

Weer vroeg uit de veren en om 7 uur zijn we op de fiets. St-Chély-d’Aubrac is echt een dorp waar veel pelgrims en randonneurs (wandelaars) logeren en er zijn dus al heel wat mensen op stap. Sommigen met zware rugzakken, anderen met karretjes die ze achter zich aan trekken. Nog anderen laten die zware rugzakken vervoeren door speciale bedrijfjes. Zij stappen vooral in de richting van de Pont des Pélerins. Iedereen is verbaasd dat wij de via Podiensis in omgekeerde richting doen omdat het zoals wij het doen veel meer stijgt dan daalt. Voor mij kon het moeilijk anders want ik wou zowel de Via Turonesis als de via Podiensis doen. Dit zijn twee van de vier wegen naar Santiago door Frankrijk. De andere twee zijn de via Lemovicensis over Limoges en de voie d'Arles of via Tolosana over Toulouse.


Rijdend op het prachtige plateau d'Aubrac We vetrekken dus in de richting van Aubrac wat betekent dat de 5 km die we gisteren naar beneden zijn gereden van de D 987 naar St-Chély-d’Aubrac ( op 810 m hoogte gelegen) terug op moeten. Vroeg in de morgen is het fris maar het stijgen verloopt vlot. Zowel de fietsers als de fietsen zijn blijkbaar uitgerust. Boven volgen we de D 987 naar rechts en deze brengt ons naar een eerste mooi dorpje, Aubrac, genoemd naar het plateau waarop het gelegen is. Tijd voor een eerste koffie en foto.


Plateau d'Aubrac


Bruno heeft deze morgen een heel vlootje Taboulé oriental opgegeten. Voor onderweg heeft hij een stokbrood waarop ik , op zijn aanvraag, een volledige pot Nutella heb gesmeerd. Hij heeft veel suikers nodig. En bananen. Ook Vier bussen water voor hem en drie voor mij. We doen er telkens een scheutje “menthe” bij omdat we de smaak van water niet te veel lusten. Hij eet daarenboven vele repen met noten , gedroogde rozijnen enz. in het Frans zou men zeggen dat Bruno eet als een (lieve) “ogre”.


Aubrac met de Tour des Anglais, de kerk en een geheimzinnig standbeeld midden in een weide


Het landschap verandert voortdurend en het wordt ruwer want we klimmen tot 1307 meter. In Aubrac zijn we bijna op het hoogste punt. Aubrac is een zeer klein dorpje met enkele huizen maar wel een indrukwekkende romaanse kerk die in de ME in feite het hospitaal was. Later werd dit hospitaal omgebouwd tot kerk. Daarnaast staat een grote 14de-eeuwse toren die men de “Tour des Anglais” noemt”. Er staat ook nog een gebouw uit de 16de eeuw dat nu de Maison forestière is. Het is alles wat er overblijft van een vroegere “dômerie”( een soort groot domein) van de hospitaalbroeders van Aubrac die van de 12de tot de 17de eeuw de pelgrims beschermden die naar Santiago gingen en/of naar Rocamadour om er de Zwarte Madonna te aanbidden.


Aubrac: kerkje en infobord, verwijzend naar la Domerie


Vanaf Aubrac zijn we echt volledig in dit reusachtige Parc Naturel Régional de l’Aubrac. Een deel is zeer ruw geel en rossig van kleur en minder en minder bomen naargelang men hoger klimt. Sommige stukken zijn helemaal bezaaid met grote en kleine rotsblokken alsof een reus die over de velden en weiden heeft uitgestrooid. Misschien is dit het gevolg van een ontploffing van een vulkaan of nog een andere reden. Ik moet het nakijken. Op sommige plaatsen hebben de bewoners of de boeren de stenen bijeengebracht in stapels om de grond te kunnen bewerken of om er weiden van te maken. Deze stenen vormen ook muren tussen de weiden en de stukken landbouwgrond. Er zijn heel veel typische lichtbruine koeien. Vele runderen hebben een bel om de hals. We zien zo een grote kudde die ik op video vastleg en de verschillende geluiden klinken plezant in de oren.


Parc Naturel Régional de l'Aubrac met de geheimzinnige stenen


Je kan in feite om elke bocht een foto nemen en je hebt iets anders. Het is wondermooi en verschillend van de vele landschappen die we de voorbije dagen hebben gezien. De foto’s proberen een idee te geven van de grote variatie in landschappen. Toch even eraan toe voegen dat vele pelgrims in vroegere eeuwen schrik hadden om door deze streken te trekken: er waren overal natuurlijke en menselijke gevaren die hen beloerden. Nu is de Via Podiensis juist vooral om deze prachtige natuur zo populair. Toch zou ik niet zeggen dat dit het mooiste stuk van de vele Via’s is. Er zijn er vele die ik mooi vind en elk om een andere reden.



Chapelle de Labastide en Nasbinals: het romaanse kerkje


Onderweg, een beetje voor Nasbinals rijden we voorbij de 16de-eeuwse chapelle de Labastide die zich eenzaam langs de weg bevindt. Vroeger was het kapelletje toewijd aan het Heilig Kruis, nu aan Marie van Salette. We rijden rustig verder en bereiken het dorpje Lasbinals. Het is gelegen te midden van al die mooie landschappen. Het heeft een mooie romaanse kerk van de 12de tot 14de eeuw, helemaal uit grijze graniet gebouwd, een materiaal waarvan ik echt hou. Er worden hier veel veemarkten gehouden, wat normaal is in deze streek. Dan fietsen we rustig door naar Aumont-Aubrac. Daar is er een zeer mooie en speciale romaanse kerk, toegewijd aan Saint Etienne, met mooie moderne glasramen in. De zijkant van de kerk is heel speciaal zoals men op de foto ziet.


Aumont-Aubrac: St Etiennekerk, pelgrims en Eveline en Michel


Voor de kerk zitten heel wat pelgrims uit te rusten, onder andere een Eveline en Michel die op pelgrimstocht zijn met hun border collier Neva. Ze komen uit het zuiden van Frankijk hier stappen. Bruno heeft direct vriendschap gesloten met de hond. Hij is zot van honden en haat katten. We vertellen hen waarom we fietsen en dat waarderen ze heel fel. We hebben een fijn gesprek en nemen daarna van hen en van Neva afscheid.


Eenmaal voorbij Aumont-d’Aubrac verandert het landschap want we dalen licht en er verschijnen opnieuw meer bomen in het landschap. We volgen ongeveer de rivier de Truyère. We komen voorbij het dorpje Rimeize dat ook een prachtige romaanse kerk heeft met een grote clocher peigne of clocher mur (een muur als toren met openingen) waar vier klokken in hangen. Recht tegenover de kerk staat een fontein , een uitstekende gelegenheid om mijn hoofd helemaal te verfrissen en de drinkbussen te vullen. Een bejaard koppel zegt dat het drinkwater is dus drinken we ervan. Er wordt vandaag slechts 32 graden voorspeld maar het is nog toch aardig warm rond de middag. We bereiken ons einddoel juist voor de lokale SPAR winkel van Saint-Alban- sur- Limagnole, een kleine rivier, sluit voor enkele uren. Ze zijn vriendelijk en helpen ons snel onze boodschappen te doen. Een half uur later zijn we al in ons klein appartementje gelogeerd en staan de fietsen al binnen en laden de batterijen van mijn e-bike ook al op.


Rimeize: kerkje met klokkenmuur, het bruggetje over de Rimeize (droge) rivier


We bereiken ons einddoel juist voor de lokale SPAR winkel van Saint-Alban- sur- Limagnole, een kleine rivier, sluit voor enkele uren. Ze zijn vriendelijk en helpen ons snel onze boodschappen te doen. Een half uur later zijn we al in ons klein appartementje gelogeerd en staan de fietsen al binnen en laden de batterijen van mijn e-bike ook al op.


Na een stukje gegeten te hebben doe ik een kleine was, ondergoed, mijn rijbroekje, een short en een T-shirt en ik hoop dat alles snel droog is, anders wordt het achteraan op de fiets gelegd om te drogen. Morgen wordt echter regen en onweder verwacht. We zullen wel zien. We gaan het stadje even verkennen en de bezienswaardigheden beperken zich tot een middeleeuws kasteel, gebouwd in de 12de eeuw, dat in de 16de eeuw een renaissance facelift kreeg. Daar is de office du tourisme gelegen en we laten er onze credentials afstempelen. Daarna gaan we naar het plaatselijk granieten kerkje kijken dat ook een mooie clocher peigne (klokkenmuur) heeft. Tussen de grijze granieten blokken hebben ze hier en daar een roosrode gestoken wat een mooie variatie geeft op al dat grijze graniet.


St. Alban-sur-Limagnole: kasteel en kerkje met klokkenmuur


We blijven niet lang buiten want het is nog veel te warm. We spoeden ons naar ons huisje. Bruno om wat te rusten en daarna lekkere pasta te koken voor ons twee en ik om mijn blog te schrijven. Met deze zin heb ik de 31ste bijdrage klaar. Nu komt het herlees- en verbeterwerk van Magda. Ik heb de foto’s van de dag al opgestuurd en dan is het aan Magda om de foto’s op de juiste plaats van het verhaal in te voegen. Ze doet dat schitterend maar steekt er heel veel tijd in. Gelukkig heeft de blog veel trouwe lezers. Iedere dag lezen ook verschillende mensen (soms meer dan) de Engelse versie die gemaakt werd met AI, eerst door Floky nu door Bruno. Deze laatste heeft de laatste dagen ook ‘s avonds gewerkt want hij moet een extra projectaanvraag indienen bij de universiteit van Oxford en is er in samenwerking met de hoofdprof, in geslaagd dat na het fietsen op twee dagen tot een goed einde te brengen.

Morgen is het onze laatste rit naar Le Puy-en-Velay met heel wat klimwerk. We hopen vroeg te vertrekken om voor de warmte aan te komen maar misschien regent het en dan moeten we oppassen in de afdalingen. We zullen blij zijn dat we die 800 kilometer SAMEN hebben afgereden op het aantal geplande dagen want Bruno wordt de dag erop al in Oxford verwacht. Ik zal hem missen zoals ik onze Flo heb gemist nadat hij met zijn papa Tim en de andere kids naar de Landes te rijden met de auto… Bruno komt juist naar beneden om na het avondeten nog een reep met noten en zo te verorberen….


Pelgrims onderweg,een mooie sint Jakobsschelp, een dorp

27 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

コメント


bottom of page